1043 KILOMETER MET KA-7.

Op 18 april 1981 had ik al eens een grote afstand van 465 kilometer gevlogen met de PH-314, onze Ka-7.
Flip Damen en ik kwamen 40 kilometer tekort voor ons doel, het vliegveld van Alençon in Normandië. We lagen wel goed op schema, maar moesten helaas vanwege veranderingen in luchtmassa landen. Over dit avontuur heb ik het verhaal “Calvados” geschreven.

En nu dus 1043 kilometer. De eerlijkheid gebiedt mij te vertellen dat er drie vluchten voor nodig waren. Alle drie boven de driehonderd kilometer, dat wel. De grootste afstand bedroeg 367 km. De vluchten werden door mij en mede-eigenaar Ad van der Velden gemaakt tijdens de eerste vijf wedstrijddagen van de “Coupe d’Europe Des Planeurs Biplaces”, in Poitiers.

Deze Franse tweezitterwedstrijd kent een unieke formule. De deelnemers mogen zelf per vliegdag hun vlucht plannen en vooraf indienen. Dit leidt tot geheimzinnig gedoe op de startplaats. Soms schroomt men niet elkaar te bespioneren. Voor die smiechten lieten we eens “valse” opdrachtformulieren op de grond vallen. Om ze letterlijk op het verkeerde been te zetten.

Afhankelijk van de resultaten worden punten toegekend. Voor afstand, voltooide benen en handicap van de kisten. Het dagklassement levert vrijwel altijd verrassingen op. Dan blijkt dat sommige deelnemers onderweg hun motor hebben getrokken of zijn teruggesleept. En dit kost niet alleen geld, maar ook punten, veel punten.

Na onze landingen worden we steevast gevraagd naar het resultaat en vaak verbaasd aangestaard. We hebben overigens niet altijd succes. Het komt nogal eens  voor dat we over de radio moeten melden dat we gegrepen worden door onze glijhoek. De grondploeg weet dan dat de aanhanger aangekoppeld moet worden. We werden dan verrast door het weer of hadden ons vergist in tactiek vooraf of tijdens de vlucht.

Hoe bereikten wij het podium met de derde plaats? Om te beginnen zetten we nooit één lijn op de vliegkaart. Bij de meteobriefing proberen we te ontdekken of er ’s nacht een regio is geweest met een lagere temperatuur. In die richting verschijnen later de eerste wolken en is de hoogste basis te verwachten. Daarom wachten we zo lang mogelijk met het aanmelden van de vlucht. En eenmaal onderweg is het de kunst de juiste keuzes te maken en de goede wolken aan te vliegen. Het beste zicht op cumuluswolken en daarmee op thermiek, heb je als je laag zit. En dat we zitten nogal eens. Op de vlucht van 367 kilometer (Polygoon met vier keerpunten, aangemeld op de OLC 03-08-2007) hebben we ons twee keer vanaf 250 meter weten op te werken. Ad van der Velden is daar een meester in. Tijd genoeg voor mij om uit te kijken welke richting de beste is. Helaas lukt het niet altijd. We mogen met de Ka-7 dan wel 21 driehoeken en retouren boven 300 kilometer hebben gevlogen, tijdens de 438 overlandvluchten die ik in de loop der tijden heb gemaakt ben ik maar liefst 281 keer buiten geland. Wie niet waagt, die niet wint. Gliding is fun.

 

Home